Ervaringen
Bijzondere momenten van mensen die u voor gingen
Laatste avondmaal van Annelies
Annelies was 67 jaar, had volwassen kinderen en genoot van haar kleinkinderen toen het noodlot toesloeg. Een ernstige longziekte maakte dat ze aan energie moest inleveren. Ze wist dat ze niet lang meer zou leven. Annelies was een levensgenieter. Ze was er helemaal niet aan toe om dood te gaan. Tja, wie wel?
Ze vroeg me om hulp en samen keken we naar haar leven. Goh, wat was ze blij met haar dochters en hoe ze in hun jeugd met vele vrienden bij haar aan de keukentafel zaten. Bij Annelies was het altijd open huis: haar deur altijd wagenwijd open. IJskast gevuld, pannen op het vuur, vrienden en vriendinnen voelden zich thuis en bleven regelmatig eten. Die zoete inval, daar genoot ze van, net als het eraan terugdenken en de herinneringen op te halen. Het gaf haar energie. We spraken over het leven en wat ze nog wilde. Over de dood gaan praten kon altijd nog.
Met een reiskoffertje kwam ze in de praktijk. Het vervolg van haar reis was begonnen, en bij zich had ze een koffer vol zuurstof; haar beste kameraad. Samen haar reis vervolgen en inzien wat nu belangrijk voor haar was, gaf haar letterlijk en figuurlijk lucht. Annelies ging andere keuzes maken in haar leven. Van het zorgen voor anderen en het klaarstaan voor haar man ging ze naar heel goed voor zichzelf zorgen. Positief en levenslustig nam ze haar nieuwe taak op zich. Annelies ging het leven opnieuw omarmen en genoot van haar dochters en bridge-vriendinnen. Ze wilde graag met deze vrouwen aan tafel.
Haar gezondheid ging hard achteruit en de rollen waren omgedraaid: ik kwam bij haar thuis. Sneller dan gehoopt verloor ze veel draagkracht, maar dat laatste avondmaal, dat moest er komen! Ze had plaatjes van gerechten uit tijdschriften gescheurd. Zó moest haar lunch eruitzien! En zo gebeurde het. 9 vrouwen aan tafel en ik met dochterlief in de keuken en de bediening. Annelies had zich de weken voor de lunch een doel gesteld, ondanks haar zo zieke longen die haar in de steek lieten. Ze schilderde 9 persoonlijke logo’s, voor iedere vriendin één, hoe benauwd ze ook was. Zodra ze wakker werd, kon ze zich verheugen op haar taak: het schilderen van de logo’s. Het gaf haar leven op dat moment zoveel betekenis. Het leven had weer zin gekregen en straks, tijdens de lunch, kon ze iets blijvends meegeven aan haar dierbare vriendinnen. En zo gebeurde het.
De weken na deze bijzondere maaltijd, die gevoed werd door dierbare herinneringen met veel lachen en een traan en natuurlijk heerlijk eten, dat kleurrijk en liefdevol was bereid, kon Annelies alleen nog maar zitten in haar stoel. Ze kon amper praten vanwege het ontbreken van zuurstof. En als ik dan bij haar zat, wees ze naar de foto’s van het laatste avondmaal, die uitvergroot voor haar stonden. Dan kwam er een stralende lach. Ze zei dan alleen maar ‘Prachtig!’ De herinnering aan dit laatste avondmaal, en de warmte en liefde die ze ontving en ook via haar kunstwerkjes kon geven, hadden haar lucht gegeven.
Hij
Het verhaal van Robin
Robin was 65 jaar toen ik hem ontmoette. Hij was bedlegerig en boos; boos op de ziekte die hem zijn pensioen afpakte en hem het leven zuur maakte. Robin lag opstandig in bed, want hij wilde absoluut niet dood. Toch had hij te horen gekregen dat verdere behandeling hem niet meer zou helpen. Dat was een klap, want als je hard werkt en niet te veel nadenkt over inhoudelijke zaken van het leven, word je na zo’n bericht behoorlijk met de neus op de feiten gedrukt. Het dwong hem om eens terug te kijken op hoe hij met het leven was omgegaan tot nu toe.
Robin lag met pen en papier in bed, want hij wilde wel wat opsteken van onze gesprekken en had nog wel wat oneffenheden weg te werken. En zo gingen we aan de slag. Zijn zoon en dochter kwamen regelmatig langs, vertelde hij, maar zijn parel Lotje wilde hij niet meer zien. Lotje was 7 jaar en zijn oogappel. Hij kon het niet verkroppen dat hij zo ziek was en schaamde zich voor die kleine meid. Er gingen aardig wat gesprekken en volgekladde blaadje papier doorheen voordat Robin wat meer kon ontspannen en de kijk op zijn situatie wat meer kon aanvaarden. Veel boosheid wist hij achter zich te laten.
Zijn laatste avondmaal was rond Pasen, met een klein gezelschap, want pijn en vermoeidheid putten Robin snel uit. Het zou voor het eerst zijn dat Lotje er wel bij zou zijn. Het werd een warme en gezellige avond, waarvan Robin het zelf niet voor mogelijk had gehouden dat hij dit nog kon en hij los van boosheid kon genieten van zijn gezin en broers en zussen. Hij had een toespraak voorbereid en sprak iedereen persoonlijk toe, geëmotioneerd maar oprecht en eerlijk vanuit zijn gevoel. Natuurlijk was Lotje de eregast en prachtig als prinses gekleed. Paaseieren lagen overal verstopt en opa Robin hielp zijn pareltje vanuit zijn bed zoeken, tot zelfs bij opa in bed! Wat een feest.
Het mooie was dat Lotje in de weken erna veel bij opa op bed zat en dan voor hem een tekening maakte. Zo kregen het leven én het sterven van Robin ‘zin’. Hij leerde zijn kleindochter dat het heel gewoon is en bij het leven hoort om dood te gaan. Zo kon hij ook zijn euthanasie wens veranderen uit liefde voor zijn zoon, die dat te moeilijk had gevonden om te moeten ervaren.
2 weken na het laatste avondmaal zat ik bij Robin aan het bed, zonder pen en papier. Robin was tot rust gekomen, dankbaar voor alles waar we samen aan hadden gewerkt, met als hoogtepunt het laatste avondmaal. Mijn handen in de zijne, met zijn blik van rust zonder angst of boosheid, klaar om het leven te verlaten, zullen me bijblijven
Bram aan tafel met zijn maten
Bram sloot zich af voor het leven omdat hij boos was dat zijn leven zo plotseling een drastische wending nam. Zo ontmoette ik Bram, boos en verontwaardigd dat hij het idee had nét aan zijn leven begonnen te zijn en het nu al ging stoppen. Was er dan te bespreken, ‘hou op zeg’! Toch wilde Bram dat ik terug kwam om nog eens te praten. Al was Bram geen geboren prater de tweede afspraak vertelde Bram dat het hem goed deed zijn hart te luchten. En zo gingen onze gesprekken voort. Er ontstond erkenning voor zijn proces en hij kon heel langzaam dichterbij zichzelf komen en vrede te sluiten met zijn situatie. Bram vond het gaandeweg het beste idee ooit om met zijn vrienden aan tafel te gaan. Dan kon hij naast praten zich ook nog eens op een positieve manier met het leven bezig houden!
Het werd een BBQ spektakel. Alle mannen met de handen uit de mouwen en heerlijk gegrild vlees op tafel en een biertje erbij. Bram was zeer snel vermoeid maar deze avond had hij daar geen last van. Wat was het goed om te ervaren dat praten en vertellen hem beter af ging dan hij dacht. Er werd heel vanzelf een sfeer gecreëerd waarin de mannen zich openden naar elkaar als nooit te voren. Bram zijn broer was erbij en hun gezamenlijke maten uit het dorp. Pieter, zijn broer was altijd uitbundig, sociaal en open in tegenstelling tot Bram zelf die graag aanschouwde en stilletjes op de achtergrond zich prima kon vermaken binnen de groep. Er kwamen herinneringen op tafel zelfs uit hun jeugd. Alle pesterijen en kattenkwaad kwamen wee naar boven bij deze ooit mini rebellen, waar hartelijk om werd gelachen. Ook Bram kon zijn verhaal kwijt, niet alleen de verhalen waarin veel werd gelachen maar ook werd met aandacht stilgestaan bij het verhaal over zijn ziekte en zijn naderende dood.
Bram voelde zich voor het eerst bijzonder gewaardeerd omdat er waarachtig naar hem geluisterd werd. Hij voelde zijn belangrijkheid binnen de groep waarin hij op zijn eigen manier en trouwe makker was van iedereen. Het werd een rijke avond om op terug te kijken, het had Bram een beetje opgetild, uitvergroot, meer plek gegeven binnen de groep en dat had hem zo ontzettend goed gedaan. Het gaf hem vertrouwen en moed om verder te gaan. De steun van zijn gabbers gaf hem kracht om zijn boosheid te laten varen en te kijken wat er nog was in het leven. Het BBQ maal heeft het sterven van Bram makkelijker gemaakt. En hij heeft zijn broer en vrienden met een gouden herinnering achter gelaten.
Kwetsbaar was Trees altijd
Trees, ze was breekbaar van ouderdom, maar toch; ” moet ik dan dood? Dat wil ik niet!” Nooit sprak ze over haar verleden en wat de oorlog met haar en haar ouders had gedaan. Ze was geboren in 1927 en inmiddels liep ze tegen de 95 jaar. Nu met haar eigen sterven in het vooruitzicht kon ze zich openen en kwamen de verhalen van die traumatisch tijd naar boven. Het lukte haar nu voor het eerst haar hart te openen en zich uit te spreken. De dikke muur die sinds haar tienerjaren als een slotgracht haar hart bescherming had geboden brokkelde langzaam af en haar leven kreeg een ander uitzicht. Alle herinneringen kregen aandacht en vonden hun weg naar buiten, naar haar kinderen. Haar altijd kwellende gedachten kregen nu woorden en de woorden een stem. De angst die haar weerhield te spreken maakte plaatst voor opluchting en verwerking van wat zo lang verborgen bleef. Trees leed veel verlies in haar leven, ze was altijd kranig positief en haar schouders eronder om weer verder te gaan want ja; ‘ je hebt er niets over te zeggen in het leven en je kan er niets aan veranderen’. Niet bij de pakken neer zitten, niet kletsen maar doorgaan waren de het motto’s van Trees. Het had haar ver gebracht. Ze had haar kinderen streng, met alle normen en waarden die zij belangrijk vond groot gebracht. Maar het naderende einde had Trees in verwarring gebracht. Het raakte aan al het leed wat zij had doorstaan.
Trees was ziek, ze had last van hartfalen en ze werd plotseling zeer angstig om alleen te zijn. En zo sprak ik Trees. De beelden van vroeger drongen zich aan haar op. Trees wilde graag met haar lieve kinderen en kleinkinderen aan tafel, allen inmiddels volwassen. Hoe gezelliger hoe beter. Samen bespraken we haar diner wensen, met haar hartenpijn in het vizier. We betraden voorzichtig het nieuwe terrein met mogelijkheden om iets van het hartzeer te verzachten. Er werd sjiek gedekt door haar oudste dochter die het antieke servies uit de kast haalden en het tafelzilver had opgepoetst. Met haar kleinzoon had ze besproken wat ze wilde eten, hij was kok en draaiden zijn hand er niet voor om een viergangendiner klaar te maken. Maar de bouillonsoep naar recept van Trees haar schoonmoeder mocht niet ontbreken. Die maakte ze zelf en wel voor 21 genodigden. Haar man Bruno was al 20 jaar eerder overleden, daarna was het leven nooit meer het zelfde. Ze had geleund en gesteund op Bruno haar eerste liefde waar ze bijna 55 jaar mee getrouwd was en 4 kinderen mee kreeg. Zijn foto, die nam ze mee aan tafel. Erg gelovig was Trees niet maar nu kon ze toch denken dat ze Bruno wellicht weer zou zien. Het gaf haar hoop en ook een gevoel van veiligheid dat Bruno zoals altijd ergens op haar wachtte.
Het laatste avondmaal werd een prachtige avond met veel openbaringen. Er werd gespeecht en er werd muziek gemaakt en samen gezongen. Trees voelde zich dankbaar en ze kon niet anders dan haar verhalen uit het verre verleden delen met haar meest dierbaren. Nu was het moment, nu kon het nog. De herinneringen werden geheeld aan tafel. Het was voor Trees later in de tijd nog niet te bevatten dat ze zo werd verlost van een zware last die ze haar hele leven met zich mee had gedragen. Allen aan tafel waren vol liefde en zorgzaamheid voor Trees aanwezig geweest. Men was onder de indruk van haar verhalen, er vielen veel tranen van meeleven en betrokkenheid. Voor Trees tranen van troost. Het was verhelderend voor de kinderen om duidelijkheid te krijgen over de impact die het traumatische verleden van hun moeder op al hun levens tot nu toe had gehad.
Trees had besloten gebruik te maken van een eeuwen oud ritueel: Het samen delen van de maaltijd. Het verleden kwam op tafel en ondanks haar naderende dood werd het leven lichter. Trees kreeg, hoe breekbaar ze ook was, de kracht om zich te verenigen met alles wat ze had meegemaakt in haar leven. Ze kon haar weerstand laten gaan en ook zeer dankbaar terug kijken op een rijk leven met Bruno, haar kinderen en kleinkinderen en zelfs achterkleinkinderen. En sterven? Ook hieraan kon Trees een positieve draai geven want: Dat hoort erbij als je oud bent.